1940 
- 
- 
- 
- 
1941 
- 
- 
- 
- 
1942 
- 
- 
- 
- 
1943 
- 
- 
- 
- 
1944 
- 
- 
- 
- 
1945 
- 
- 
- 
- 
1946 
- 
- 
- 
- 
1947 
- 
- 
- 
- 
1948 
- 
- 
- 
- 
1949 
- 
- 
- 
- 
 
 
Birma-spoorlijn
Birma-spoorlijn
 
Aanleg van de Birma-spoorlijn
1942 - 1945 

Nadat het Japanse leger in 1939 controle verwierf over Zuid-Oost Azië werd een oud plan voor een spoorlijn tussen Birma en Thailand opgepakt als bevoorradinglijn en voor de verplaatsing van troepen en materieel naar het front in Birma, en uiteindelijk voor de invasie van India. De Japanners gebruikten hiervoor voornamelijk Aziatische arbeiders, vooral uit Birma, Java en Malaya, naar schatting zo’n 240.000 mensen. Na de verovering van Malaya, Singapore en Nederlands-Oost Indië in 1942 kreeg de bezetter ongepland een groot aantal krijgsgevangenen te onderhouden. Besloten werd deze mensen – opgeleide, gedisciplineerde militairen – in te zetten voor Japanse militaire doelen. De eerste groep werd verscheept van Singapore naar plaatsen in Birma om te werken bij de aanleg van vliegvelden. Later in 1942 werden ze verzameld in Thanbyuzayat om te werken aan het Birmese eind van de spoorlijn. Later werden nog meer krijgsgevangenen naar Birma en Thailand getransporteerd, in totaal zo’n 60.000 mensen.

De 415 kilometer lange spoorlijn werd aangelegd vanuit Thanbyuzayat in Birma (Myanmar) en Nong Pladuk in Thailand door zeer onherbergzaam terrein. De omstandigheden van dit werk waren schrikbarend. De aantallen doden spreken voor zich. Ziekten (vooral dysenterie, malaria, beriberi en hevige cholera), hongersnood, overwerk, armoede en het gebrek aan sanitaire voorzieningen en de wreedheid van de Japanse en Koreaanse bewakers eisten een enorme tol. Meer dan 13.000 krijgsgevangenen stierven tussen eind 1942 en eind 1945, waaronder 2782 Nederlanders. Het aantal doden onder de Aziatische arbeiders (romoesja's) wordt geschat op 100.000.

Gedurende de beruchte ‘speedo’-periode (juli-oktober 1943) werden de Japanse ingenieurs onder enorme druk gezet door de superieuren in Tokio om de spoorlijn op tijd af te hebben; dit betekende dat veel arbeiders gedwongen werden handmatig graafwerk te verrichten, en dat de klok rond. 62 Uur werk van de 72 uur schijnt het record te zijn geweest. Rustdagen waren zeldzaam. Dit, gecombineerd met de eerste uitbraak van cholera, veroorzaakte een top in de tol aan doden.  

De Thaise en Birmese onderdelen van de spoorlijn kwamen in oktober 1943 bijeen bij Konkoita. De aanleg had amper zestien maanden geduurd. Nadat de spoorlijn was voltooid werden alle krijgsgevangenen overgedragen van afgelegen junglekampen naar basiskampen en ziekenhuizen. Sommigen vormden na herstel nieuwe werkeenheden, anderen keerden terug naar Singapore, maar een groot aantal krijgsgevangenen bleef in deze Thaise basiskampen tot het eind van de oorlog. De meeste Aziatische arbeiders bleven in de junglekampen om te werken aan het onderhoud van de spoorlijn. Soms werden ook krijgsgevangenen hiervoor ingezet en om hout als brandstof voor de locomotieven te hakken. De situatie aan het Birmese front werd kritiek en de Japanse kwetsbaarheid in de Zuid-Chinese Zee betekende dat de spoorlijn een vitale bevoorradingsroute werd, die koste wat het koste in bedrijf gehouden diende te worden. Gemiddeld zes treinen per dag werden over de lijn verplaatst, wel lager dan verwacht, maar toch een enorme bijdrage aan de Japanse sterkte aan het Birmese front.

De spoorlijn bleef, met enkele onderbrekingen, in functie tot de uiteindelijke Geallieerde overwinning in augustus 1945. Langzamerhand werden de krijgsgevangenen en Aziatische arbeiders bevrijd en konden ze naar huis terugkeren. De spoorlijn raakte in verval door gebrek aan onderhoud en in 1947 werd de lijn en het rollend materieel verkocht aan de Thaise regering. Rond 1957 heropende de Thaise overheid het deel van de spoorlijn van Nong Pladuk naar Nam Tok (voorheen Tha Sao), en dit deel van de spoorlijn functioneert nog steeds. Veel van de verlaten delen van de spoorlijn is overwoekerd door de jungle, maar spoordijken, uitgravingen en bruggen worden nog steeds aangetroffen.

Op 26 oktober 2013 in op het ereveld in Kanchanaburi een gedenksteen onthuld voor 73 Nederlandse militairen die omkwamen bij de aanleg van de Birmaspoorlijn en nooit een graf kregen.

Bronnen: D. Elshout, 'Monument Nederlandse doden Birma-spoorlijn', in: Dagblad De Limburger d.d. 28-10-2013; de site van het Thailand-Burma Railway Centre, www.tbrconline.com; http://deoorlog.nps.nl/page/mappen/780459/Birma-spoorlijn?afl=7&d=780457

 
 
 
Personen
 
VerheijenPG
PG  VERHEIJEN

Peter Gerardus (Grčt) Verheijen, 26 jaar, op 27 februari 1917 te Venlo geboren, voo...

   
EhrenJM
JM  EHREN

Johannes Maria Ehren, 27 jaar, geboren op 7 augustus 1916 te Tegelen, wonende ...

   
EissingHA
HA  EISSING

Heinrich August Eissing werd geboren in Venlo op 8 augustus 1898. Het gezin woonde ...

   
RooijHJ
HJ  DE  ROOIJ

Hendrik Johan de Rooij, 40 jaar, op 29 juli 1903 te Venlo geboren, voorheen ...

   
VullingsJM
JM  VULLINGS

Josef Martinus Vullings, 39 jaar, op 10 april 1904 te Horst geboren, voorheen wonen...

   
 Compleet overzicht personen